De operationele groep koolgalmug in leerfase
Foto: Aangetaste broccoli plant en aanwezigheid van maden (beeld onder de binoculair)
In dit eerder verschenen nieuwsbericht lees je over de oprichting van de operationele groep en de vooropgestelde acties in het project. Hieronder een tussentijdse stand van de lopende zaken.
Monitoring met feromoonvallen
Begin mei plaatste Inagro op zes deelnemende biobedrijven feromoonvallen die de volwassen mannetjes muggen aantrekken. In de tweede helft van mei zagen we een eerste piek in de vangsten op vier bedrijven. Op drie van die vier bedrijven telden we in de afgelopen weken nog hogere piekvangsten (tot meer dan 50 koolgalmuggen/val). Gezien bijna alle koolplantingen op de bedrijven zijn afgedekt, gaat het vermoedelijk nog steeds om de eerste vlucht waaruit zich de eerste generatie schadelijke larven ontwikkelt. Na deze 1e generatie volgen nog 2 à 3 generaties die elkaar kunnen overlappen tot oktober.
De feromoonvallen zijn dus alvast een goed hulpmiddel om de activiteit van de volwassen muggen te kunnen opvolgen. Pherobank is als producent en leverancier van de feromonen, mede een actieve partner in de operationele groep. Feromonen zijn soortspecifieke stoffen waardoor de vangsten ook in zekere mate selectief zijn. Niettemin vraagt het identificeren van de koolgalmuggen op de lijmplaten wel enige specialisatie die Inagro als taak opneemt.
Inspectie van aangetaste planten
Op niet-afgedekte planten (o.a. broccoli en koolrabi) treedt sinds een paar weken ook schade op als gevolg van aantasting door de maden in de groeipunten. De larven groeien in 1 à 2 weken tijd van 0,3 tot maximaal 3 à 4 mm groot. Je kan groepjes ontwikkelden larven terugvinden in de groeipunten maar de tijdspanne dat de schade zichtbaar is én de larven nog aanwezig zijn, is zeer kort.
De schadesymptomen die de koolgalmug veroorzaken, zijn gezwollen, vervormde scheuten en bladstelen, draaihartigheid en hartloze planten, vorming van meervoudige scheuten of koppen en bruine, verkurkte weefsels op stelen of stengels. Broccoli, koolrabi en spruitkool zijn het meest gevoelig voor schade. Bij andere koolgewassen hangt de gevoeligheid vooral af van het gewasstadium.
Momenteel collecteren we de aangetaste planten van de bedrijven om in de groeikamer op Inagro de larven te laten verpoppen tot nieuwe muggen. Hiermee hopen we verder een kweek te kunnen opzetten zodat we experimenten kunnen uitvoeren onder gecontroleerde omstandigheden.
Fijnmazig insectennet als eerste beschermingsoptie
Als er een populatie koolgalmug aanwezig is op het bedrijf, ben je als bioteler aangewezen op preventieve maatregelen om schade aan koolteelten te vermijden of te beperken. De telers binnen de operationele groep zijn allen aan de slag gegaan met het strikt afdekken met fijnmazig insectengaas. Nettenleverancier Howitec staat ons hierin bij en maakt het mede mogelijk om de twee meest geschikte netten uit te testen op de bedrijven. Naast de effectiviteit als fysieke bescherming tegen eiafleg op de planten, is ook het gebruiksgemak van de netten een belangrijk aspect. De operationele groep biedt ons een goed forum om alle ervaringen te delen en vandaaruit ook breder uit te dragen.
Meer info?
Femke Temmerman
Tel: 051 27 32 53
E-mail: femke.temmerman@inagro.be
* De operationele groep ‘Beheersing van koolgalmug op biologische CSA-bedrijven’ wordt uitgevoerd met de steun van de Vlaamse Overheid en de Europese Unie.