OPTISPEEN: Optimale voederstrategie van zeugen en biggen in de kraamstal met als doel vlot biggen spenen zonder speendip
Zowel in de conventionele als in de biologische zeugenhouderij is het cruciaal dat biggen tijdens de lactatieperiode leren om vast voeder op te nemen. Dit is niet alleen bevorderlijk voor de voederopname en prestaties na het spenen, maar stimuleert ook de darmontwikkeling wat resulteert in minder verteringsproblemen kort na spenen. Een vlotte voederopname zowel voor als na spenen resulteren in minder diarree en verteringsproblemen in de speenperiode en de daarop volgende weken. In het project willen we de algemene voederstrategie in de kraamstal van zeugen en biggen in de biologische varkenshouderij optimaliseren met als doel biggen vlot te spenen zonder speendip.
In de conventionele varkenshouderij wordt er vaak gebruik gemaakt van specifieke voeders voor biggen in de kraamstal die door middel van smaak- en geurstoffen extra aantrekkelijk gemaakt worden, de haalbaarheid van dergelijke voeders voor biologische varkenshouderij is weinig realistisch. Daarom werd in dit project onderzocht of er via het aanbieden van ruwvoeder bij zowel de drachtige zeugen, de lacterende zeugen en de zuigende biggen een alternatief kan geboden worden.
Via een enquête werd het gebruik van ruwvoeders in de biologische varkenshouderij in Vlaanderen in kaart gebracht. In een literatuurstudie werden de huidige praktijken en innovaties met betrekking tot bedrijfseigen voeders en ruwvoeder in Europese biologische en conventionele varkensbedrijven in beeld gebracht. Vervolgens werden een aantal stalen van potentieel interessante ruwvoeders verzameld en hierop werd een voederwaarde analyse uitgevoerd. Ten slotte werden 2 ruwvoeders opgenomen in een voederproef op een biologisch varkensbedrijf en werd de groei van de biggen opgevolgd.
CCBT