Wat met biologisch zaaizaad in 2019 ?
Biologische landbouwers kiezen steeds vaker voor biologisch zaaizaad en verschillende zaadhuizen engageren zich om voor hun betere rassen biologisch zaaizaad te vermeerderen. Het is dan ook logisch om strikter om te gaan met ontheffingen voor gangbaar niet chemisch behandeld zaaizaad. Niettemin is er nog een lange weg te gaan bleek tijdens de bijeenkomst van de expertgroep biologisch zaaizaad op 7 november 2018.
www.organicxseeds.be is de referentie
In principe zijn biologische landbouwers verplicht om biologisch zaaizaad te gebruiken. Echter, wanneer het aanbod ontoereikend is, kan een teler ontheffing voor het gebruik van gangbaar niet chemisch behandeld zaaizaad aanvragen bij zijn controle-organisatie. De website www.organicxseeds.be is hierbij de officiële referentie. Sinds twee jaar nodigen de Vlaamse en Waalse administratie zaadhuizen en sectorvertegenwoordigers uit voor een ‘Belgische expertgroep biologisch zaaizaad’. Deze expertgroep heeft als opdracht om het aanbod op de www.organicxseeds.be te evalueren en om op basis hiervan de verschillende gewassen in te delen in drie niveaus. Voor gewassen met een goed aanbod wordt biologisch zaaizaad de regel. Slechts in uitzonderlijke gevallen is ontheffing mogelijk (= niveau 1). Gewassen met een redelijk aanbod worden ingedeeld in niveau 2 (= individuele ontheffing). Voor deze gewassen moet een ontheffingsaanvraag door de teler gemotiveerd worden. De controleorganisatie oordeelt dan of deze aanvraag al dan niet terecht is. Gewassen met een zwak aanbod worden tenslotte ingedeeld in niveau 3. Voor deze gewassen volstaat een eenvoudige melding. Voor rassen die op de databank zijn aangemeld, moet steeds biologisch zaaizaad worden gebruikt, ongeacht het niveau waarop het betreffende gewas is ingedeeld. Wie gangbaar zaaizaad wil bestellen, doet er daarom goed aan om steeds vooraf www.organicxseeds.be te raadplegen.
Meer aanbod voor akkerbouw en voedergewassen
Vooral in Wallonië is de biologische landbouw met ongeveer 10 % van het landbouwareaal een volwassen sector geworden. Zowat alle Belgische zaadbedrijven hebben vandaag biologisch zaaizaad in hun gamma. Helaas is dit vaak nog onvoldoende bekend. Er wordt nog weinig promotie voor gemaakt. Een enkel zaadbedrijf aarzelt zelfs om zijn aanbod op www.organicxseeds.be aan te melden omdat naar zijn aanvoelen omgekeerd werkt. Telers vragen dan bewust naar andere – gangbaar niet chemisch behandelde rassen waarvan het zaaizaad goedkoper is. Vanuit mijn sectorkennis meen ik te mogen stellen dat dit eerder uitzondering is. Ik ervaar dat als goede rassen biologisch beschikbaar zijn, biologische telers hiervoor ook open staan. Tijdens de expertgroep biozaad gaf dit aanleiding tot stevige discussies. Aardappelen blijven ondanks een breed aanbod alsnog op niveau 2 (idem vorig jaar). Veel aanbieders opereren vanuit het buitenland en er is onzekerheid over een vlotte beschikbaarheid voor de Belgische markt. In de granen zien we daarentegen een sterke dynamiek op gang komen. Voor triticale en spelt werd geoordeeld dat er voldoende goede rassen in biologische vorm beschikbaar zijn en dat bijgevolg vanaf uitzaai 2019 biologisch zaaizaad verplicht kan worden (niveau 1). De andere graansoorten (tarwe, gerst,…) werden ingedeeld op niveau 2. Ook voor maïs ontspon zich een hevige discussie. De zaadhuizen gaven aan dat zij in het voorjaar met een mooi aanbod biologisch zaaizaad naar buiten zullen komen. Omdat dit op het moment van de expertgroep nog niet concreet was, werd uiteindelijk beslist om maïs alsnog op niveau 2 te houden (idem vorig jaar). De administraties drongen er niettemin op aan bij de controle-organisaties om de individuele ontheffingsaanvragen voor maïs streng te beoordelen. Voor 2020 wordt een verplicht gebruik van biologisch zaaizaad vooropgesteld.
Hoe progressie maken bij groenten?
In de groententeelt werken zaadhuizen als Bingenheim (in Vlaanderen verdeeld via Biosano), Bejo, Vitalis en Rijk Zwaan al jaren lang aan een structureel aanbod van biologisch zaaizaad. Voor gewassen waarin ze marktleider zijn, is er zodoende doorgaans een goed aanbod van biologisch zaaizaad. Voor oranje kastanjepompoen, rode en gele uien, rode biet, rapen, koolrabi, koolraap, groene selder en enkele kleinere gewassen werd geoordeeld dat er voldoende goede rassen beschikbaar zijn om een bedrijfszekere teelt te waarborgen. Deze gewassen worden in niveau 1 ingedeeld. Voor de andere gewassen blijft een aanvraag voor ontheffing mogelijk. Vruchtgewassen werden tijdens de bijeenkomst niet besproken. Voor deze gewassen blijft de indeling gelijk als vorig jaar. Hiermee is de progressie eerder beperkt en mogelijk niet in verhouding tot het reële aanbod. Voor sla is er een mooi aanbod dat in de praktijk grotendeels wordt gebruikt en niveau 1 waardig is. Bremia is echter een te onzekere factor. Bij een doorbraak van de resistentie, moeten telers onmiddellijk over de nieuwste resistente (in dat geval gangbare) rassen kunnen beschikken. Bij gebrek aan een duidelijke procedure om bij dergelijke ‘overmacht’ snel terug te kunnen schakelen van niveau 1 naar niveau 2, werd de stap niet gezet. We hopen dat de administratie dit opneemt. Voor gewassen als witte kool en prei is er op zich een mooi en groeiend aanbod van biologische zaden en rassen. In de praktijk worden voor deze gewassen vaak andere rassen waarvan geen biologisch zaaizaad beschikbaar is en waarvoor de betreffende zaadhuizen alsnog weinig intentie hebben om zich voor bio te engageren. Dit werkt frustrerend voor de zaadhuizen die zich wel engageren. De administratie nodigt de sector en de zaadhuizen uit om hierover tijdens het groeiseizoen in dialoog te gaan. Wij hopen dat alle betrokkenen deze handschoen opnemen om bij de expertgroep 2019 tot een gedragen en gemotiveerd standpunt te komen. Inagro voorziet in 2019 opnieuw enkele rassenproeven om deze dialoog te faciliteren.
Europese enquête biologisch zaaizaad – uw mening telt!
U wordt als boer uitgenodigd om online te reageren op een enquête over uw ervaring en mening over biologisch zaad / teeltmateriaal en plantenveredeling. Het onderzoek wordt uitgevoerd binnen het LIVESEED project (https://www.liveseed.eu/). IFOAM-EU coördineert dit projet en wil hiermee een gelijk speelveld omtrent biologische zaaizaad in heel Europa bewerkstelligen en de concurrentiepositie van de biologische zaad- en veredelingssector verbeteren. Onderzoeksinstituten, veredelingsbedrijven, zaadbedrijven, biologische verenigingen (boeren, verwerkers, retailers) en nationale overheden verspreid over de EU werken samen om dit doel te bereiken. De enquete is in Nederlands en duurt ongeveer 15 minuten om in te vullen. Dit is de link naar de enquete.
Meer info?
Lieven Delanote (Inagro)
T 051 27 32 50
lieven.delanote@inagro.be