Bio, de juiste keuze voor Krist en Cindy
Het kriebelde bij Krist om zelfstandig te worden, een job met voldoende uitdaging. Bio wekte zijn interesse en hij waagde de sprong. Ondertussen runt Krist 4 bedrijven waarvan 2 in Vlaanderen, 1 in Nederland en 1 in Mexico. Met vallen, opstaan en vooral telkens doorgaan…
Hoe het begon…
Alex Hamerlinck, de vader van Krist, was gangbare tuinder in Assenede. Hij teelde tomaat en sla in een serre met lichte stook van 1 hectare. Als kind hielp Krist graag mee in het bedrijf. Tijdens zijn graduaatstudie tuinbouw liep hij stage aan de Universiteit Gent en De Hogen Akker. Enerzijds kwam hij door professor Steurbaut meer te weten over residu’s; anderzijds leerde Rolle De Bruyne, één van de grondleggers van bio, hoe biologische teelt precies in zijn werk ging. “Zo was de interesse in bio gewekt” zei Krist. Na zijn studies werkte Krist nog even op het Provinciaal Proefcentrum voor de Groenteteelt in Kruishouten, maar al gauw kriebelde het om zelfstandig te worden.
In 1997 schakelde hij een eerste perceel om naar bio, waar een kas op gebouwd werd. “De eerste jaren waren niet vanzelfsprekend, zowel qua teelt als qua afzet”, vertelde Krist. Er was weinig biologische teelttechnische kennis voorhanden en een biologische afzetmarkt was nog niet uitgebouwd. Het allereerste jaar werd kropsla en veldsla geteeld in de nieuwe kas. In de kropsla kwam behoorlijk veel witziekte, naar de veldsla was weinig vraag. Toch gaf Krist de moed niet op en het jaar nadien teelde hij de vruchtgroenten tomaat, paprika en komkommer. Het eerste jaar van vruchtgroenteteelt ging behoorlijk goed, zowel tijdens de teelt als naar prijszetting. Het tweede jaar kreeg de komkommer te kampen met witziekte, de paprika met bladluis. Maar er werd snel bijgeleerd …
Ondertussen is het bedrijf gegroeid, werden andere bedrijven opgericht en kwam Cindy, de vrouw van Krist, mee in de zaak. Toen Krist en Cindy elkaar leerden kennen, was Cindy opvoedster. Toch was de sector haar niet onbekend want haar ouders hadden een melkveebedrijf. Ze heeft ondertussen haar job als opvoedster ingeruild voor verschillende taken op het bedrijf. Haar verantwoordelijkheid is momenteel onder meer instaan voor de verkoop en het personeelsbeheer. Krist neemt meer de teeltsturing voor zijn rekening en stuurt de coördinatoren aan die instaan voor de werkverdeling van de verschillende bedrijven en de verpakking.
Verkoop
“Ook naar afzet toe legden we een gans traject af.” Krist startte bij De Mechelse Veiling, toen als eerste bioteler. Vervolgens schakelde hij over naar Brava maar daar werd de concurrentie plots groter waardoor hij slechts een vierde van zijn product meer mocht aanleveren. Om die reden besloot hij het heft in eigen handen te nemen en zo startte hij samen met Francis, een collega–teler, “Ecodal” op, een BVBA die voornamelijk de afzet van vruchtgroenten verzorgde. Het ging goed, de vraag naar bio steeg en ze hadden de prijs min of meer in handen. Tot de winkelketens minstens drie prijzen gingen opvragen, waardoor er meer import dreigde te komen. Om die reden werden de wegen van Francis en Krist opnieuw gescheiden en werden ze concullega’s, collega maar ook concurrent. Francis nam de aandelen van Krist over en Krist richtte een eigen afzetorganisatie “Ecoveg” op. Krist stelt een heel duidelijk statement: “We proberen zoveel mogelijk in België te verkopen. Dit krijgt de voorkeur”. Maar omdat niet alles binnen België kan verhandeld worden, exporteert hij eveneens naar Engeland, Duitsland en Amerika.
Momenteel is Ecoveg nog op zoek naar Belgische leveranciers van biologische bloemkool en broccoli. Wie interesse heeft, kan via mail contact opnemen: info@ecoveg.be.
Groei van het bedrijf, gestuurd door de afzet
Het bedrijf in Assenede, waar het allemaal begon, is ondertussen 25000 m². Er wordt gestookt met een warmtekrachtkoppeling. In het verleden werd de focus op klassieke vruchtgroenten gelegd (voornamelijk komkommer en paprika), ondertussen wordt meer en meer gekeken naar diversificatie. “Sinds enkele jaren spitsen we ons toe op een meer divers aanbod zoals coeur de boef tomaten, ronde aubergines, zoete puntpaprika’s, …” vertelt Krist ons. “Er is geen mogelijkheid meer om te groeien op deze locatie, dus lijkt dit de beste keuze.” Ook cherry tomaat, cherry trostomaat, oranje paprika’s en aubergines behoren tot het assortiment. Het bedrijf is opgesplitst in 7 afdelingen.
Doordat elke afdeling een andere oppervlakte heeft, is het elk jaar puzzelen om tot de meest optimale invulling te komen. Bij het invullen van de afdelingen wordt er in de eerste plaats gekeken naar de vraag van de afzet, in tweede instantie wordt uiteraard ook gekeken naar klimaatsturing.
Door de stijgende luchtvrachtprijzen en andere bijkomende problemen tijdens de export, zocht Krist een alternatief zodat de verkoop in Amerika toch kon blijven standhouden en eventueel groeien. In 2006 startte hij een eigen bedrijf in Mexico van 1 hectare. Ook hier had Krist een behoorlijke pioniersrol waardoor niet alles van bij het begin gesmeerd liep. Clavibacter in tomaat was het grootste obstakel dat op zijn weg kwam. Ondertussen is het bedrijf uitgegroeid tot een bedrijf van 5,5 hectare waar komkommer en minikomkommer geteeld wordt. Het bedrijf wordt gerund door 3 personen en er zijn 100 werknemers actief.
Tot op dat moment was er weinig rechtstreeks contact met de consument. Nochtans kan uit verkoop via de korte keten veel voldoening gehaald worden. Om die reden beslisten Cindy en Krist in 2011 een zelfpluktuin op te starten in Lembeke, op de ouderlijke hoeve van Cindy. Cindy werd die tijd tevens verkozen als “Schoonste boerin van Vlaanderen”. Door de extra promotie die deze titel met zich mee bracht, was dit het ideale ogenblik om dergelijk bedrijf op te starten. Er werd 8 ha omgeschakeld naar de biologische teelt. De omschakeling is ondertussen zo goed als afgelopen. Van deze 8 ha werd 4 hectare aangeplant met allerlei soorten bessen, aardbeien, pruimen, kersen en een assortiment groenten. De pruimen en kersen kwamen vorig jaar voor het eerst in productie. De overige 4 ha is ingevuld met groenbemester zodat er een voldoende ruime rotatie van de aardbeien kan voorzien worden in de toekomst. De vruchten worden deels geoogst door zelfplukkers, deels worden ze verkocht aan de groothandel. Tenslotte wordt ook nog een deel verwerkt in sap, wat verkocht wordt in hun automaat en winkeltje.
Omdat de vraag naar biologische vruchtgroenten in Engeland, Duitsland en ook België toenam, huurde Krist nog 1 ha kas in Etten-leur (Nederland). “We willen geen klanten weigeren en een nieuwe kas bouwen was een te grote kost.” vertelde Krist ons. Door de kas in Nederland te huren kon deze extra vraag ingevuld worden. Ondertussen wordt het product van Nederland voornamelijk geëxporteerd naar Amerika, Engeland en Duitsland; terwijl het product uit Assenede voornamelijk voorbehouden wordt voor de Belgische markt.
Bio
Doorheen de ganse lijn koos Krist telkens opnieuw voor de biologische teelt. “Ik had geen zin om een nummertje te zijn als teler” zei Krist. De bedrijven worden groter en groter en als kleinere teler is het moeilijk opboksen tegen dergelijke concurrentie. Om die reden was er de noodzaak om, van bij de opstart van het eerste bedrijf, in een nichemarkt te gaan. “Het gangbare telen geeft minder voldoening doordat het meer eentonig en voorspelbaar is.” Krist houdt van innovatie, uitdaging en het uitproberen van nieuwe dingen.
Toekomst
Krist en Cindy hebben hun handen vol op dit moment. De verschillende bedrijven organiseren, van plantje tot verkoop van het verpakt product, is een hele klus. Verdere uitbreiding is voorlopig niet aan de orde. Een nieuwe partner of aandeelhouder die naast financiële ondersteuning ook actief meewerkt in het bedrijf en onder meer een deel van de belangrijke bestuurlijke zaken overneemt, is in de toekomst welkom.
Auteur: Justine Dewitte, PCG