Inagro klaar voor het nieuwe seizoen
Figuur 1: Nieuwe collega's bij Inagro, links Jasper Vanbesien en rechts Kevin De Ceuleners
Aan de start van het nieuwe seizoen zijn er ook heel wat veranderingen/nieuwigheden bij de cluster Biologische productie van Inagro. In dit artikel stellen we twee nieuwe collega’s voor en brengen we highlights van ons jaarprogramma 2019 in beeld.
Nieuwe medewerkers bij team biologische productie van Inagro
Bij de jaarwisseling namen we afscheid van Karel Dewaele en Pauline Deltour. Karel besliste zelf bioboer te worden en schakelt op dit moment het ouderlijke bedrijf om. Pauline koos voor een job dichter bij huis maar blijft de sector genegen. Wij danken hen voor hun engagement in de voorbije jaren.
Jasper Vanbesien finaliseerde zijn studie Bio-ingenieurswetenschappen landbouw aan de UGent in 2018. Tijdens zijn studie ontwikkelde hij een grote interesse voor biologische landbouw. Hij volgde het gelijknamige keuzevak. Voor zijn eindwerk onderzocht hij of het mogelijk is om door middel van biofumigatie de zaadbank van lastige onkruiden in de bouwvoor te reduceren Bij Inagro houdt hij zich nu voornamelijk bezig met projecten binnen het thema bodem/bemesting.
De tweede nieuwe collega is Kevin De Ceuleners. Tijdens zijn professionele bachelor agro-en biotechnologie werd zijn interesse voor de biolandbouw aangewakkerd. Daarom besloot hij een aanvullende master in de biowetenschappen land- en tuinbouwkunde te volgen. Een eerste werkervaring deed hij op aan de proefhoeve van de Universiteit Gent, waarna hij besloot verder te willen gaan in praktijkgericht onderzoek. “De combinatie van mijn interesse in biolandbouw en praktijkgericht onderzoek zorgt ervoor dat ik met veel enthousiasme aan deze job kan beginnen. Ik hoop dat ik mijn steentje kan bijdragen binnen het team en kijk er naar uit om mij verder te verdiepen in de biologische landbouw.”, aldus Kevin.
Joran Barbry wordt tenslotte onderzoeksleider binnen de cluster.
Enkele highlight uit het jaarprogramma 2019
Thema bodem en bemesting
Bij een viertal biologische telers wordt dit jaar gestart met validatieproeven waarbij nieuwe maatregelen en/of methodes rond groenbedekkers en niet-kerende bodembewerking vergeleken wordt met de standaardpraktijk van de betrokken bedrijven. Deze validatieproeven kaderen in het onderzoeksproject in opdracht van de Vlaamse Landmaatschappij waarbij Inagro in samenwerking met andere onderzoekspartners, zoekt naar oplossingen voor nutriëntenmanagement en organische stofopbouw in de bodem voor de biologische teelt binnen de verstrengde MAP-wetgeving.
Voor het tweede jaar op rij leggen we een proef met strokenteelt prei en knolselder aan in het kader van het Europese project Sureveg. Met deze proef willen we enerzijds nagaan in hoeverre strokenteelt de theoretische voordelen met betrekking tot hogere opbrengsten en mindere gevoeligheid voor ziekten en plagen waar kan maken. Anderzijds, willen we het gebruik van gecomposteerde bedrijfseigen plantaardige reststromen als meststof en bodemverbeteraar vergelijken met de huidige, voornamelijk op stalmest gebaseerde, praktijkbemestingsstrategie.
Op het proefbedrijf wordt sinds 2016 op vaste rijpaden gewerkt. In een vergelijkende proef gaan we in samenwerking met ILVO de impact na op de bodemverdichting en de opbrengst over meerdere jaren heen. Op het demoperceel niet kerende grondbewerking (sinds 2006 voor de helft geploegd en voor de helft niet kerende bewerkt), worden dit jaar wortelen gezaaid.
Thema gewasbescherming
In het vierde en laatste jaar van het project rond de preimineervlieg vervolgen we het onderzoek naar mogelijke beheersingsmethoden. We leggen opnieuw proeven aan in kooien met preimineervliegen afkomstig van de kweek bij het ILVO. Hierin willen we het effect van biopesticiden op larven en op vliegen nader bepalen.
In de aardappelteelt blijft het gebruik van koper onder druk staan. Dit jaar wordt een verdere beperking van de maximale hoeveelheid op bedrijfsniveau ingevoerd. In een veldproef op het proefbedrijf willen we dit jaar nagaan welke mogelijkheden er zijn om de dosis te verlagen door gebruik van enkele nieuwe formuleringen.
In 2017 en 2018 voerden we proeven uit om bladluizen in de teelt van spruitkool te beheersen. De inzet van verschillende biopesticiden bleek bij een standaard bespuitingstechniek onvoldoende effectief om de bladluisschade aan de geoogste spruiten te reduceren. In een nieuwe proef dit jaar spitsen we ons toe op het testen van verschillende aangepaste spuittechnieken om de planten tot diep in het gewas te kunnen raken.
In 2018 bleek het gebruik van lichtgewicht fijnmazige netten ter beheersing van aardvlooien in koolgewassen een effectieve beheersingsmethode. In de nieuwe proef zal opnieuw met netten gewerkt worden, alsook met een mobiel vangsysteem gemonteerd op een manuele wielschoffel. Door deze vangtechniek herhaaldelijk toe te passen hopen we de druk van aardvlooien voldoende onder controle te houden.
Bij goedkeuring van een nieuw project, zal ook onderzoek gevoerd worden naar successtrategieën voor het uitzetten van biologische controleorganismen specifiek in de openlucht groenteteelt.
Rassenproeven
Traditioneel leggen we op ons proefbedrijf een reeks rassenproeven aan. Dit jaar plannen we proeven in volgende teelten:
- Granen: triticale, wintergerst en wintertarwe
- Bewaaraardappelen
- Groente: knolselder, witte kool, prei (late herfst en winter), zaadvaste rassen wortelen en sla
- Nieuwe teelten: soja
Veehouderij
Onderzoek rond biologische voederteelten staat zoals steeds centraal. De ervaring die in het verleden is opgedaan rond mengteelten van graan met erwten en veldbonen als voeding voor herkauwers willen we nu ook inzetten voor de voeding van biologische éénmagigen. In het project Kuilleg zoeken we naar manieren om anti-nutritionele factoren te reduceren door het inkuilen van veldbonen voor de voeding van legkippen. We richten ook onze blik naar de biologische varkenshouderij om te kijken of de resultaten ook in deze sector van nut kunnen zijn. De rassenkeuze van veldbonen is hierbij van belang en net als vorig jaar zal een rassenproef met zomerveldbonen worden uitgevoerd.
Bij de voederteelten voor herkauwers ligt de focus op het verhogen van de voederautonomie. Dit is dan ook het thema waar we op inzetten in het Interreg project TRANSAE waar er gewerkt wordt rond de principes van de agro-ecologie. We nemen de optimalisering van de maïsteelt onder de loep en verkennen de mogelijkheden van sorghum als alternatief voor maïs. We zoeken naar mogelijkheden om via toasten de voederwaarde van erwten en veldbonen te verbeteren wat mogelijkheden biedt naar het besparen op aangekochte krachtvoeders. Ook het grasland krijgt de nodige aandacht, via verder optimaliseren van beweiding en aandacht voor droogteresistente maaimengsels.
Meer info?
Joran Barbry
E: joran.barbry@inagro.be
T: 051 27 32 27