In 2020 werd voor het tweede jaar op rij de waarde onderzocht van verschillende zomerveldboonrassen in mengteelt met een zomertarwe onder Vlaamse omstandigheden en volgens de biologische teeltwijze. Deze proef werd aangelegd in de zoektocht naar een hogere bedrijfseigen eiwitproductie. Een mengteelt met zomertarwe zorgt voor een betere onkruidonderdrukking, een betere gewasstevigheid en een grotere oogstzekerheid dan een zuivere teelt veldboon.

Het warme droge seizoen met een hoge druk van roest zorgde bij de mengteelten voor lage veldboonopbrengsten. Met de bontbloeiende rassen Bobas en Cartouche werden de hoogste opbrengsten behaald. Het bonte ras Fanfare volgde op de derde plaats. Van de vijf rassen die voor het tweede jaar in proef lagen was dit ras het meest stabiel. 

Alle geteste rassen waren geschikt voor het rantsoen van herkauwers. Voor het pluimveerantsoen is enkel het ras Tiffany door de lage vicine/convicine gehaltes in de bonen geschikt. Hiermee werd dit jaar een gemiddelde opbrengst gehaald. Door de aanwezigheid van tannine in de zaden zijn de bontbloeiende rassen iets minder geschikt voor het voederen van varkens. De witbloeiende rassen zijn op dat vlak beter. Met GL Sunrise en Taifun werden binnen deze categorie gelijkaardige opbrengsten behaald die onder het gemiddelde lagen.