Verloop tweede jaar: “CCBT-project: Hoe biologische longcanes framboos opkweken?”
Proefcentrum Pamel wil via het project ‘Hoe biologische longcanes framboos opkweken?’ de mogelijkheden bekijken om zomerframboos op biologische wijze op te kweken. Naast het betrekken van de vermeerderingssector willen we ook biologische telers warm maken om het potentieel van biologische longcanes uit te testen.
Tijdens het vorig CCBT-project ’Biologische frambozenteelt: geschikte rassen en biologisch plantgoed’ werd vastgesteld dat naakte wortel longcanes een lagere opbrengst hebben en meer kans hadden op uitval wanneer vergeleken wordt met de vroeger gebruikte gangbare longcanes uit pot. Aangezien er geen ontheffing meer wordt verleend voor gangbare longcanes uit pot zijn bio-telers aangewezen om naakte wortel longcanes uit gangbare teelt aan te kopen, waar wel nog ontheffing voor wordt verleend. Maar het wordt daarnaast ook steeds moeilijker om naakte wortel plantgoed te bekomen door een slinkend aanbod vanuit de vermeerderingsbedrijven.
Vaststellingen 2019
Het eerste jaar van het project leerde ons dat de 3 geselecteerde substraten geschikt zijn voor het opkweken van longcanes op een biologische manier. Wat niet wegneemt dat de substraten nog geoptimaliseerd kunnen worden. Hierdoor werd ervoor gekozen om met dezelfde substraten te werken in het tweede project jaar. Wel waren er duidelijke verschillen te merken tussen de verschillende bemestingswijzen (fertigatie, vaste meststoffen en een combinatie van beide). Evenzeer was er ook een erg groot verschil met de longcanes in vollegrond. Dit was o.a. te wijten aan het voedingstekort dat was opgetreden in de potten. Ook de vorming van zijscheuten voorkomen was een belangrijke aanpassing t.o.v. het eerste projectjaar. Daarom werd er besloten om tijdens het 2e projectjaar de voedingswijze anders aan te pakken. In de vollegrond wordt de bemestingshoeveelheid bepaald aan de hand van een KEMA staal en werd via 1 bemestingsgift toegediend.
Aanpassingen 2020
De wortelpluggen werden dit jaar iets later aangeplant. Het was een bewuste keuze om deze 2 weken later dan het jaar voordien uit te planten. Immers willen we de beoogde lengte niet te vroeg behalen want dan moet er ingetopt worden om eventuele takbreuk te voorkomen. Intoppen kan bovendien leiden tot vroegtijdig uitlopen van de bovenste vruchttakken.
De meststoffen die dit jaar werden gegeven hadden dezelfde inhoud als in het 1e jaar.
Hieronder de belangrijkste aanpassingen in bemesting t.o.v. het eerste projectjaar.
- Het tijdststip van de eerste toepassing. Vorig jaar waren er 51 dagen verschil tussen de eerste keer bijmesten en de aanplant. Dit jaar werd dit gereduceerd naar 26 dagen.
- Frequenter vaste meststoffen geven: 5 keer ten opzichte van 3 keer
- Kleinere hoeveelheden per keer toe dienen (ongeveer 3 keer minder ten opzichte van gift 1 en 2 vorig jaar)
- Lagere concentratie bij fertigatie
- Totaal circa 40% minder voeding.
Door deze aanpassingen is er dit jaar een grote verandering te merken. Allereerst werden er dit jaar weinig zijscheuten aangetroffen. Dit in tegenstelling tot vorig jaar waarbij er duizenden zijscheuten werden verwijderd. Daarnaast merken we vooral bij de vaste meststoffen een betere groei en de longcanes ogen bovendien veel donkerder. Terwijl de lagere concentratie fertigatie ervoor zorgt dat deze bleker ogen dan vorig jaar maar wel dezelfde lengte hebben bereikt.
Mail: bram.dekeyzer@vlaamsbrabant.be