Wat vaker een bloemetje op ons bord?
Het eten van bloemen is op zich geen nieuw concept, maar het is wel een gewoonte die aan een opmars bezig is. Niet alleen op het bord, maar ook in cocktails kan je ze tegenwoordig regelmatig aantreffen. In juli 2015 ging het PDPO-project “Eetbare bloemen: sierlijk én smakelijk!” van start. Het project wil het potentieel dat eetbare sierteelt heeft, verder uitbouwen tot een professionele, duurzame en milieuvriendelijke teelt die als differentiatie en innovatie kan fungeren op een groente- en/of sierteeltbedrijf.
In het smaak- en consumentenonderzoek eetbare bloemen, uitgevoerd in het smaaklokaal van PCG, werd nagegaan wat de invloed van bloemsoort en teeltmethode is op de acceptatie van de eetbare bloemen door consumenten op het gebied van geur, smakelijkheid, smaak, textuur, uiterlijk en aankoopbereidheid op basis van smaak en uiterlijk. Twee soorten bloemen werden beoordeeld door 56 consumenten: bernagie en Oost-Indische kers. Beide bloemen werden in openlucht in vollegrond en in de serre zowel in pot als in vollegrond geteeld.
Het uiterlijk van alle zes bloemen is aantrekkelijk volgens de consumenten zonder significante verschillen. Wanneer de twee bloemsoorten afzonderlijk verwerkt worden, zijn bij bernagie de bloemen geteeld in de serre in pot significant minder aantrekkelijk dan bij de overige twee teeltmethodes. Tussen de kleur van bernagie geteeld volgens de drie methodes zijn er geen significante verschillen in donkerheid, de consumenten vinden ze allemaal ongeveer goed van kleur. Bij Oost-Indische kers vindt men de bloemen geteeld in openlucht (vollegrond) net iets te donker en significant donkerder dan bij de andere twee teeltmethodes die ongeveer goed van kleur zijn.
De consumenten vinden dat alle tentoongestelde bloemen het uiterlijk hebben van eetbare bloemen. Bij alle zes de objecten bloemen is men geïnteresseerd in de smaak op basis van het uiterlijk van de bloemen. Op basis van het uiterlijk is men eerder wel geneigd om de bloemen aan te kopen. Hierbij waren er geen verschillen tussen de zes objecten.
De scores voor de acceptatie van de geur liggen hoger bij Oost-Indische kers dan bij de bernagie. De geur van Oost-Indische kers geteeld in de serre (zowel in pot als in vollegrond) is volgens de consument heel aangenaam en significant aangenamer dan de geur van Oost-Indische kers geteeld in openlucht en dan alle bernagies. Ook de geur van Oost-Indische kers geteeld in openlucht is aangenaam. De geur van bernagie is matig aangenaam. Bernagie heeft volgens de consumenten weinig tot geen geur.
Oost-Indische kers geteeld in vollegrond in de serre beoordelen de consumenten als het smakelijkst en significant smakelijker dan de drie bernagies. Ook Oost-Indische kers geteeld in de serre in pot is erg smakelijk. Oost-Indische kers geteeld in openlucht vindt men matig smakelijk, net als de drie objecten bernagie die de laagste scores krijgen.
De textuur van Oost-Indische kers geteeld in de serre (zowel in pot als in vollegrond) vinden de consumenten aangenaam tot heel aangenaam. De textuur van voorgenoemde bloemen is significant beter dan de textuur van alle bernagies. Wanneer de bloemsoorten afzonderlijk verwerkt worden, beoordeelt men de textuur van Oost-Indische kers geteeld in vollegrond in de serre significant beter dan de textuur van de bloemen geteeld in openlucht. De bloemen geteeld in de serre in pot scoren tussenin. Bij bernagie is er geen significant verschil tussen de teeltmethodes, alle bloemen hebben een matig aangename textuur.
De smaaksterkte van de drie objecten Oost-Indische kers is significant sterker dan de smaaksterkte van de drie objecten bernagie. De consumenten vinden de smaaksterkte van Oost-Indische kers allemaal te sterk en van bernagie allemaal een beetje te weinig sterk.
Op basis van de smaak zou men de zes objecten bloemen misschien tot eerder niet kopen, zonder significante verschillen.
Annelien Tack en Jana Van Steenkiste (PCG)