In 2021-2022 werd de waarde onderzocht van 6 verschillende wintergranen in mengteelt met een winterveldboon. Voor de bedrijfseigen eiwitproductie blijven veldbonen een interessante keuze. Volgens de laatste berichten over het nieuwe GLB, zouden de regels voor ondersteunde maatregelen (de ‘pre-ecoregelingen’) ook verder gezet worden in de nieuwe ‘ecoregelingen’. Een mengteelt met graan kan zorgen voor een betere onkruidonderdrukking, een betere gewasstevigheid en een grotere oogstzekerheid dan een zuivere teelt veldboon. Door de keuze voor een bontbloeiend veldboonras met veel vicine/convicine als vaste combinatiepartner waren deze mengteelten onbewerkt vnl. geschikt voor het rantsoen van rundvee.

Het warme seizoen met een zachte winter zorgde bij de verschillende mengteelten voor uitstekende opbrengsten van gemiddeld 8,6 ton/ha waarvan 5,9 ton veldboon Tundra oftewel 69%. Door de lage concurrentie en graanopbrengst van de spelt Zollernspeltz (gemiddeld 1,1 ton/ha; ongepeld) werd de grootste veldboonopbrengst gehaald: gemiddeld 7,1 ton/ha. Met de andere granen werd significant minder geoogst (gemiddeld 5,4 ton/ha) behalve met de tarwe Imperator (gemiddeld 6,6 ton/ha) die intermediair scoorde en zelf ook een lage graanopbrengst had.  
Door vnl. een grote variatie in graanopbrengsten verschilden de totale opbrengsten van de mengteelten niet significant. Er werden wel trends gezien. Zo werden met de tarwerassen en met de triticale Borodine met gemiddeld 9,1 ton/ha de grootste totale opbrengsten gehaald voornamelijk door de grotere graanopbrengst.

Ten slotte werd over de mengteelten heen een sterke positieve correlatie gemeten tussen de graanproductie (ongepeld) en de totale opbrengst, wat wil zeggen dat hoe hoger de graanproductie was, hoe groter de mengteeltopbrengst was (trend). En werd ook een negatieve correlatie opgemerkt tussen de graanproductie en de veldboonopbrengst; bij een hogere graanopbrengst neemt de veldboonopbrengst af. Tussen de veldboonopbrengst en de totale opbrengst was er geen correlatie. Omdat deze proef beperkt was wat betreft opzet en slechts één jaar liep en er vnl. trends werden gezien, zijn die verbanden iets wat in de toekomst verder kan onderzocht worden. Daarnaast lijken de resultaten ook aan te geven dat een tarwe met kort stro minder concurrentieel is dan een tarwe met langer stro en zo grotere veldboonopbrengsten kunnen gehaald worden terwijl de totale mengteeltopbrengst ongeveer gelijk blijft. Of dit algemeen zo is, dient ook verder onderzocht te worden.

Lees het volledige verslag hier.

Meer info?
Jasper Vanbesien
Tel: +32 (0)51 14 03 06 
E-mail: jasper.vanbesien@inagro.be